Je hebt van die woorden die hun betekenis een beetje zijn verloren. Termen die we allemaal doodnormaal zijn gaan vinden. Maar als je erbij stilstaat, rijmen ze vandaag de dag niet helemaal meer met hun definitie. Een vorm van linguïstisch anachronisme dus. (Ik geef toe, dit woord kende ik tot voor kort ook nog niet.)

Wat is anachronisme?

Voor de betekenis van anachronisme moeten we even uitzoomen. In algemene zin is er sprake van anachronisme als een onderwerp in de verkeerde context is geplaatst. Een synoniem is: tijdrekeningsfout.

De film Troy (2004), die zich afspeelt in de late Bronstijd, zit er blijkbaar vol mee. Er zijn bijvoorbeeld stalen of ijzeren wapens te zien, terwijl die pas voor het eerst 100 jaar later werden gebruikt.

Oer-Hollands

Neem de oer-Hollandse bagagedrager. Ons land is een fietsland ten voeten uit. Maar wie neemt er nog z’n tas of koffer mee achterop de fiets? Komt natuurlijk nog wel voor, maar is al lang niet meer de primaire functie van het stuk metaal of kunststof boven je achterwiel. Bovendien heeft de bagagedrager serieuze concurrentie gekregen van fietsen die uitgerust zijn met een mand voorop. Je weet wel, van die zwarte gevaartes waar je menig schoolkind mee ziet rondscheuren.

Moeten we dus gaan nadenken over een rebranding van dit woord? Waarom niet ‘achteropzitje’? Of ontstaat er dan verwarring met het kinderzitje? Of moeten we iemand die achterop zit toch ook zien als bagage? Misschien dat Gers Pardoel hier een uitsluitend antwoord kan geven in één van zijn nieuwe liedjes…

“Pakjesdrager”

Ik ben overigens opgegroeid met ‘pakjesdrager’ – vast vanwege mijn Groningse roots. Zo’n woord waar ik al jaren vanaf probeer te komen, maar er af en toe nog eens uitfloept. Dit met een onherroepelijk gevoel van schaamte tot gevolg. Want pakjes of pakketjes, die vervoer je al helemaal niet achter op je fiets!

Joggingbroek

Nog zo een: joggingbroek. Bij het woord zou je zeggen dat de eigenaar minstens een paar halve marathons in de benen heeft. De realiteit blijkt een stuk droeviger. De joggingbroek is toonbeeld geworden van op de bank tv-kijken met een zak paprikachips op schoot. Niemand die je met een joggingbroek op straat ziet lopen en denkt: goh, dat is een sportief type!

Anachronisme over de grens

Natuurlijk is de Nederlandse taal hier niet uniek in. In het Engels heb je bijvoorbeeld de ‘glove compartment’ – bij ons het dashboardkastje. Alsof dit dé uitverkoren plek is om je handschoenen in op te bergen… Daar schreef de Amerikaanse indierockband Death Cab For Cutie nog eens een mooie tekst over:

The glove compartment

Is inaccurately named

And everybody knows it

So I’m proposing

A swift, orderly change

Is het tijd om deze typisch Nederlandse, maar enigszins verouderde benamingen te hernoemen? Of draagt die kneuterigheid juist bij aan de charme van onze taal? Er zijn vast nog tig voorbeelden van woorden die hun betekenis zijn ontstegen. Later meer!